Archief veur oktober, 2020

Zweden – Febus en Flora


Febus en Flora

Alles hier is as verweven
Tot n geureg – fleureg klaid
Tot n overdoad aan leven
In dit laand dat Laplaand hait

Zoadjes mitwaaid – zomor oetzaaid
Tussen vlinten – tussen grint
Zunder teugels mit op vleugels
Van de rusteloze wind

Luchteg oetstruid – loater oetgruid
Tot n kleureg slingernd lint
In de baarm en laangs de beekjes
Want as leste snij verzwint

Din komt as vanzulf de regen
Komt het veurjoar mit n sprint
Net geliek woar – aalderwegens
Daddelt din t lentekind

Wat zel ik nog meer begeren ?
Febus stroalt hier nacht en dag
Spaigelt zok in vrizze meren
Flora vangt zien waarme lach

……….

Febus en Flora

Alles lijkt hier als verweven
tot een geurig- fleurig kleed.
Tot een overdaad aan leven
in dit land dat Lapland heet.

Zaadjes worden uitgezaaid
tussen keien- tussen grint.
Reizen mee als op de vleugels
van de rusteloze wind.

Dan komt als vanzelf de regen…
komt het voorjaar met een sprint.
Net gelijk waar- allerwegen
dartelt dan het lentekind.

Wat zal ik nog meer begeren.
Febus straalt hier nacht en dag.
Spiegelt zich hier in de meren.
Flora vangt zijn warme lach.